- houden
- {{houden}}{{/term}}I 〈overgankelijk werkwoord〉1 [behouden] keep2 [vast-, tegenhouden] hold3 [niet laten vallen] hold4 [tot zijn gebruik, genoegen in huis hebben; ook met betrekking tot personeel] keep5 [niet opgeven, niet verlaten] hold, keep6 [niet schenden, niet verbreken] keep 〈woord, belofte〉7 [in een (toe)stand laten blijven] keep8 [onderhouden] keep; 〈feestdag naleven ook〉 celebrate9 [geven; tot stand brengen] hold ⇒ 〈organiseren〉 organize, 〈geven〉 give10 [beheren] keep11 [+ voor] [achten] take to be ⇒ consider to be/as12 [uithouden] take ⇒ stand♦voorbeelden:1 zijn geur/kleur/smaak houden • keep its aroma/colour/tasteje mag het houden • you can keep/have itiets voor zichzelf houden • keep something for oneself2 〈sport〉 die had hij gemakkelijk kunnen houden • he could have easily stopped that onehij was niet te houden • there was no stopping himer was geen houden meer aan • it could no longer be stopped3 ik kon hem niet meer houden • I could no longer hold himde balk hield het niet • the beam couldn't take the weight; the beam gave way4 kippen/duiven houden • keep hens/pigeonsvreemde ideeën/gewoonten erop na houden • have funny ideas/habitswat voor politieke ideeën houdt hij erop na? • what are his political ideas?5 een bruggenhoofd houden • hold a bridgeheadrechts houden • keep (to the) right7 de armen langs het lichaam houden • keep one's arms close to one's bodyde blik op iets gericht houden • keep looking at somethinglaten we het gezellig houden • let's keep it/things niceik zal het kort houden • I'll keep it shortde prijzen laag houden • keep prices down/lowlaten we het netjes houden • let's keep it cleaniemand eronder houden • keep someone downhij kan er niets in houden • he can't keep anything downhouden zo! • 〈zo doorgaan〉 keep it upiemand aan het werk/aan de praat houden • keep someone busy/talkingergens een lucifer bij houden • put a match to somethinghij kon er zijn gedachten niet bij houden • he couldn't keep his mind on itiets tegen het licht houden • hold something up to the lightiemand tegen zich aan houden • clasp someone to oneselfiemand van zijn werk houden • keep someone from his/her work〈figuurlijk〉 iets vóór zich houden • keep something to oneselfhou je commentaar maar vóór je • keep your remarks to yourselftwee mensen/zaken niet uit elkaar kunnen houden • not be able to tell two people/things apartik kon hun namen niet uit elkaar houden • I kept getting their names mixed up8 contact met iemand houden • keep in touch with someoneorde houden • keep order9 een lezing houden • give/deliver a lectureuitverkoop houden • hold/have a sale10 (een) café/winkel houden • keep/run a café/shop11 ik houd het voor bewezen • I consider it (to have been) provediets voor gezien houden • leave it at that, call it a dayiemand voor zijn broer houden • mistake someone for his brotherwaar hou je me voor? • what do you take me for?12 het was er niet om te houden van de hitte • the heat was unbearableik hou het niet meer • I can't take/stand it any more¶ laten we het daar maar op houden • let's leave it at thatik hou(d) het erop dat hij onschuldig is • I consider him (to be) innocenthet bij frisdrank houden • stick to soft drinkshet met iemand houden • 〈onder één hoedje spelen〉 be in with someone; 〈met betrekking tot seksuele relatie〉 be carrying on with someonewe houden het op de 15e • let's make it the 15th, thenik hou het op Ajax • I'm backing AjaxII 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [+ van] [liefhebben] love2 [+ van] [geven om] like ⇒ care for3 [niet loslaten] hold ⇒ 〈met betrekking tot lijm ook〉 stick4 [het niet begeven] hold♦voorbeelden:1 wij houden van elkaar • we love each otherveel van iemand houden • love someone a lot/very muchvan iemand gaan houden • fall in love with someone2 niet van dansen/cognac houden • not like dancing/cognachij houdt wel van een grapje • he likes a bit of jokezij houdt niet van dat soort grapjes • she doesn't like those kinds of jokeshij houdt niet zo van feestjes/toespraken • he's not (much of a) one for parties/speechesik hou meer van bier dan van wijn • I prefer beer to wine3 het anker houdt • the anchor is holding (firm)die knoop houdt niet • that knot won't holdde verf houdt niet • the paint won't stick/is peeling4 het ijs houdt nog niet • the ice isn't yet strong enough to hold your/one's/his 〈enz.〉weightIII 〈wederkerend werkwoord; zich houden〉1 [+ aan] [niet afwijken van] keep to 〈regels, dieet, verdrag, termijn, programma, afspraak〉; adhere to 〈overeenkomst, instructies〉; abide by 〈beslissing, vonnis〉; comply with, observe 〈regels, voorwaarden, regel van de wet〉2 [blijven] keep3 [schijn aannemen] pretend to be♦voorbeelden:1 weten waaraan men zich te houden heeft • know what one has to do2 zich goed houden • 〈niet lachen〉 keep a straight face; 〈zich niet door emoties laten overmannen〉 bear up wellhij kon zich niet goed houden • he couldn't help laughing/cryingik zou me er maar buiten houden • I'd keep out of it (if I were you)hou je erbuiten! • (you) keep out of it!3 zich dom/slapend houden • pretend to be deaf/asleep¶ hij wist niet hoe hij zich moest houden • he didn't know what to do/how to behave
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.